Het was op 6 april 2016 toen een meerderheid van de Nederlandse bevolking in een referendum over het associatieverdrag tussen de EU en Oekraïne een duidelijk ‘nee’ liet horen. Met een opkomst van 32% stemde 61% tegen het verdrag. Een van de belangrijkste  argumenten van de tegenstanders was dat dit verdrag, dat naast handel ook afspraken over politieke samenwerking regelde, de opmaat zou gaan vormen van de toetreding van Oekraïne tot de Europese Unie. Het werd door de voorstanders met klem ontkend. Er was absoluut geen sprake van dat zoiets zou gebeuren. “Oekraïne wordt geen lid van de EU. Het Associatieakkoord is ook geen voorportaal voor lidmaatschap”, stond letterlijk in het toen door de Rijksoverheid verspreidde informatiepakket.

Rusland

De tegenstanders wezen op het gevaar dat Rusland zich verder in de hoek gedrukt zou voelen. Het zou Rusland internationaal verder isoleren en alleen maar tot grotere spanningen leiden. Die spanningen waren al opgelopen door de Russische annexatie van de Krim en de opstand in Oost Oekraïne, beide in 2014. Tegenstanders wezen verder op de grove corruptie bij de politieke en economische elite van het land. Voorstanders wezen er op dat heel veel Oekraïners graag bij Europa wilden horen en dat hiermee het land onder de druk van Rusland uit kon komen en democratisch en minder corrupt zou worden.

Het Nederlandse ‘nee’ had geen effect op het uiteindelijke verdrag. Het associatieverdrag werd afgesloten. Er werd een ‘inlegvelletje’ aan toegevoegd, waarin onder andere werd herbevestigd dat Oekraïne er geen enkele conclusie over een EU lidmaatschap aan mocht verbinden. Nu - zeven jaar later - ligt er een voorstel om te beginnen met de onderhandelingen over de toetreding van Oekraïne tot de EU. Natuurlijk, de situatie is met de door Rusland gestarte verschrikkelijke oorlog drastisch gewijzigd. Maar toch pleit ik voor een nieuw en verbeterd referendum over de mogelijke toetreding van Oekraïne. Juist omdat in 2016 het zo’n prominente belofte was dat toetreding níet zou gebeuren.

Daarmee is het een logisch vervolg op het referendum uit 2016. Maar laten we dit referendum op een betere manier organiseren. Met veel discussies en dialogen dwars door de samenleving heen en gericht op de voorwaarden waaronder Nederland kan instemmen met een eventuele toetreding. Het raadgevend referendum is in 2018 ten onrechte door een krappe meerderheid in de Tweede Kamer afgeschaft, door de toenmalige coalitiepartijen VVD, CDA, CU en met D66 in een zeer kwalijke hoofdrol.

Aparte wet

Maar adel verplicht! Ik pleit ervoor om via een aparte wet een eenmalig referendum over de toetreding van Oekraïne mogelijk te maken. Daarbij ligt niet een ‘ja/nee’ vraag voor, maar de vraag om een volgorde aan te brengen in de belangrijkste voorwaarden voor toetreding. Hierdoor wordt het debat minder gepolariseerd en zal de uitkomst een betere weergave zijn van wat kiezers belangrijk vinden. Het is een logisch en belangrijk vervolg op het referendum van 2016. Wellicht dat zo een deel van het vertrouwen hersteld kan worden na de gebroken belofte dat het Associatieverdrag met Oekraïne op geen enkele manier een voorportaal zou zijn van toetreding tot
de EU.

Niesco Dubbelboer is coördinator van Meer Democratie en als oud Kamerlid (PvdA) mede indiener van de Wet Raadgevend Referendum.

Dit artikel verscheen ook in De Telegraaf (zaterdag 11 november 2023)