Torenhoge uitkomstdrempel zal meeste referenda doen mislukken
In de grondwetswijziging, ingediend door Kamerlid Ronald van Raak (SP), is op initiatief van de ChristenUnie in de Tweede Kamer een torenhoge uitkomstdrempel opgenomen: een correctief referendum is alleen geldig als de meerderheid die tegen een wet stemt, tegelijk minimaal de helft van de opkomst van de laatste Tweede Kamerverkiezingen bedraagt.
Als het aantal voor- en tegenstanders dicht bij elkaar ligt, zoals meestal bij referenda, dan is er dus een opkomst van wel 70 of 80 procent nodig voor een geldig referendum. Dat is in de praktijk nagenoeg onhaalbaar, zoals ook de 3 wetenschappers die door de Eerste Kamer om advies waren gevraagd – Tom van der Meer, Frank Hendriks en Kristof Jacobs – unaniem stelden.
“Deze uitkomstdrempel zal ervoor zorgen dat verreweg de meeste referenda ongeldig worden verklaard. Het maakt het referendum tandeloos en het steeds opnieuw mislukken van referenda leidt tot veel wantrouwen en cynisme onder de bevolking. En als deze drempel eenmaal in de grondwet terecht komt, krijg je hem er haast niet weer uit”, zegt Dubbelboer.
Geen meerderheid voor novelle
Daarom heeft Meer Democratie de Eerste Kamer opgeroepen een novelle te eisen die de uitkomstdrempel uit de grondwetswijziging haalt. Vier partijen – PvdA, GroenLinks, 50PLUS en de fractie-Otten - hadden daarvoor een motie ingediend, maar deze kreeg vandaag geen meerderheid (naast de indieners stemden ook FvD en de Partij voor de Dieren voor). Vervolgens werd de grondwetswijziging gesteund door een meerderheid bestaande uit D66, SP, PVV, Partij voor de Dieren, 50PLUS, fractie-Van Pareren en de ChristenUnie.
Vrijwel alle partijen die het referendum steunen – behalve de ChristenUnie – hadden in de Eerste Kamer grote kritiek op de torenhoge uitkomstdrempel. Voor de fracties van PvdA en GroenLinks was dit zo’n belangrijk punt dat ze tegen hebben gestemd. Zij steunen de invoering van het referendum maar oordelen net als Meer Democratie dat de meeste referenda door de uitkomstdrempel zullen mislukken en dat dit alleen maar tot meer wantrouwen en cynisme onder de bevolking gaat leiden.
De andere partijen hebben de afweging gemaakt: “beter iets dan niets”. Sommigen hopen dat veel referenda gecombineerd kunnen worden met de landelijke verkiezingen, wat waarschijnlijk niet zal gebeuren, maar aan die strohalm grepen ze zich vast. Het lag er ook dik bovenop dat sommige partijen in de media niet de zwarte piet toegespeeld willen krijgen dat het referendum er dankzij hun niet doorkwam. VVD, CDA en SGP stemden als principiële tegenstanders van het referendum tegen.
Na de verkiezingen tweede lezing
Omdat het om een grondwetswijziging gaat, moeten de Tweede en Eerste Kamer na de verkiezingen van 17 maart opnieuw instemmen met de grondwetswijziging en dan met een tweederde meerderheid. Gezien de peilingen is de kans groot dat die er straks niet is.